Willem Holleeder opgepakt voor afpersing

De nationale recherche heeft maandag de vermeende topcrimineel Willem Holleeder gearresteerd. Volgens het landelijk parket van het Openbaar Ministerie (OM) wordt hij verdacht van afpersing van onroerendgoedhandelaren en van mishandeling en bedreiging. Een van de slachtoffers was de in 2004 geliquideerde vastgoedmagnaat Willem Endstra.

De Telegraaf, 30 januari 2006


Willem Holleeder kreeg bekendheid toen hij in 1983 biermagnaat Freddy Heineken ontvoerde. Jarenlang dook zijn naam op in allerlei politieonderzoeken en werd hij in verband gebracht met liquidaties in de Amsterdamse onderwereld en met de Hells Angels. Willem Holleeder wist echter uit handen te blijven van justitie, tot maandag.

Naast hem zijn nog dertien andere verdachten op basis van hetzelfde onderzoek aangehouden. Bronnen met zicht op het onderzoek melden dat ook de vriendin van Holleeder en zijn vermeende compaan Marcel K. werden opgepakt. De arrestaties werden in Amsterdam, Haarlem, Voorburg en Zandvoort verricht.

Het onderzoek richt zich op een netwerk van Nederlandse en Joegoslavische verdachten. De politie doorzocht daarvoor maandag in totaal dertig adressen. Over de resultaten daarvan wil het OM tot dusver niets kwijt. Een van de locaties waar de politie binnen is geweest, is een pand aan de Cliostraat in Amsterdam dat eigendom is van de familie van Endstra.

De FIOD-ECD nam het pand van vastgoedhandelaar David B. aan de Apollolaan in Amsterdam onder de loep. B. is de zakenpartner van vastgoedondernemer Jan-Dirk P., die wordt verdacht van het witwassen van crimineel geld en valsheid in geschrifte. Het onderzoek naar P. maakt overigens geen deel uit van de opsporingsactiviteiten naar de groep rond Holleeder. Dat gaat om een aparte zaak, die wordt geleid door het OM in Amsterdam. P. heeft hiervoor in de zomer van 2004 nog korte tijd vastgezeten.

De nationale recherche voert het onderzoek naar de afpersing in de onroerendgoedsector samen uit met de recherche in Amsterdam en de FIOD-ECD. Ook de reeks liquidaties in het criminele circuit in Amsterdam in de afgelopen jaren is onderdeel van dat onderzoek, maar het OM benadrukt dat de recente aanhoudingen daar geen direct verband mee houden.

Aanleiding voor de huidige naspeuringen is de liquidatie van Endstra op 17 mei 2004. De vastgoedmagnaat werd voor zijn kantoor aan de Apollolaan in Amsterdam doodgeschoten. Hij had voor zijn dood in gesprekken met de politie in Amsterdam zelf aangegeven dat drugscriminelen hem en andere vastgoedhandelaren voor tientallen miljoenen afpersten.

Uit handgeschreven aantekeningen van de vermoorde zakenman, getuigenverklaringen en andere bevindingen is volgens het landelijk parket duidelijk geworden dat Endstra vermoedelijk onder bedreiging met geweld vele miljoenen euro's aan zijn afpersers heeft betaald. Ook andere collega's zijn vermoedelijk gedwongen om miljoenen euro's af te geven en onroerend goed te verkopen, concludeert justitie.

Holleeder en de overige verdachten zijn inmiddels in verzekering gesteld. Ze worden later deze week voorgeleid aan de rechter-commissaris.

Willem Holleeder en zijn advocaat A. Moszkowicz hielden rekening met een op handen zijnde aanhouding. Daarom had Moszkowicz een afspraak gemaakt met officier van justitie F. Teeven dat hij zich met zijn cliënt zou melden als ze hem nodig hadden. „Justitie had mij die toezegging gedaan, maar tegen de afspraak in is mijn cliënt nu toch aangehouden”, zei Moszkowicz.

Dat de raadsman en Holleeder rekening hielden met een arrestatie, is overigens niet gestoeld op concrete aanwijzingen, benadrukte Moszkowicz. „De naam van mijn cliënt wordt met grote regelmaat en ten onrechte genoemd. In zoverre hielden we rekening met een aanhouding.”