‘Waarom doet u zaken met criminelen?’

Justitie probeert vastgoedtopman Paarlberg aan Holleeder te koppelen

Vrij Nederland, 6 mei 2006


Door Marian Husken en Harry Lensink

Jan-Dirk Paarlberg, een van Nederlands grootste particuliere vastgoedbeleggers, deed miljoenentransacties met de vermoorde Willem Endstra. Nu verdenkt justitie hem ervan lid te zijn van Willem Holleeders criminele organisatie. Dat blijkt uit recente politieverhoren, in bezit van Vrij Nederland.

Najaar 2003 rinkelt de bel in een huis aan de Londense Grove End Road. Multimiljonair Jan-Dirk Paarlberg opent de voordeur en kijkt in het pokdalige gezicht van een grote, blanke man. Type uitsmijter of kickbokser, zo zou de heer des huizes zich later bij de politie herinneren. De onverwachte bezoeker zegt ‘een kort gesprekje’ met hem te willen hebben. De zakenman stemt daarmee in, maar ontvangt het heerschap liever niet binnenshuis: ze lopen naar een nabijgelegen parkeerterrein. ‘Hij gaf aan dat ik minder druk op Endstra moest uitoefe­nen,’ zo vertelt Paarlberg in juni 2004 aan de recherche. ‘Ik gaf hem aan dat ik dat volgens mij niet deed. Ik vroeg wat hij bedoelde. Hij zei dat het betalingen met betrekking tot Seaport IJmuiden betrof.’

Het is een van die spaarzame momenten in het politieverhoor waar de rijke ondernemer laat blijken dat zijn relatie met de op 17 mei 2004 geliquideerde Willem Endstra niet altijd even gemakkelijk verliep. De immer keurig ogende zakenman Paarlberg werd tot veler verrassing enkele weken na de liquidatie aangehouden als verdachte in het Amsterdamse onderzoek naar de moord. Hij moest zelfs drie dagen in een politiecel doorbrengen, want de recherche wilde hem uitvoerig aan de tand voelen over zijn miljoenentransacties met het slachtoffer.

Waardoor was justitie getriggerd? Endstra zou de laatste jaren van zijn leven zijn bedreigd en afgeperst door Heineken-ontvoerder Willem Holleeder. In diezelfde periode betaalde hij grote bedragen aan zijn deels in Londen residerende zakenpartner Paarlberg. De recherche vroeg zich af of de vastgoed­investeerder een rol in de vermeende afpersing heeft gespeeld, dus of betalingen van Endstra aan hem feitelijk waren bedoeld voor Holleeder. Bottom line van Paarlbergs toenmalige verweer was: ‘Ik heb Endstra niet bedreigd of onder druk gezet’ en ‘het is voor mij onbegrijpelijk dat ik verdachte ben in deze’. Paarlberg ontkende niet dat hij wist wie Holleeder was: hij had hem ‘wel eens gezien in de PC Hooftstraat en bij Endstra thuis’. Maar hij zei verder geen zakelijke of vriendschappelijke band te onderhouden met de beruchte Heineken-ontvoerder.

In 2004 toonde Paarlberg zich nog coöperatief tegenover zijn ondervragers die bezig waren met het liquidatieonderzoek. Hij overlegde zelfs zijn administratie. Volgens het Amsterdamse OM was Paarlberg daarna ‘een getuige en geen verdachte’, zo bevestigde de woordvoerder afgelopen week nog. Daar denkt het Landelijk Parket inmiddels anders over, gezien de dagvaardingen die op 27 april de deur uit gingen. Hierin staat dat Willem Holleeder en anderen worden verdacht van deelname aan een criminele organisatie die zich bezighoudt met bedreiging, afpersing en witwassen. En een van die medeverdachten is sinds kort Jan-Dirk Paarlberg.

Verdachte geldstromen
Het zijn zware beschuldigingen aan het adres van Paarlberg. Waar baseert justitie zich op? Als belangrijkste bewijs dient het ‘geheime dagboek’ van Endstra. In de aantekeningen die de geplaagde vastgoedman kort voor zijn dood maakte, staat dat de afgeperste miljoenen via Paarlberg naar topcrimineel Holleeder moesten worden gesluisd. Daarnaast heeft justitie ook onderliggende stukken die de dagboekaantekeningen lijken te staven.

Hoewel Paarlberg tijdens zijn recente verhoren in 2006 gebruik maakt van zijn zwijgrecht (zie het kader met de reactie van zijn advocaat op pagina 16), wordt uit de vraagstelling van de rechercheurs duidelijk wat het Openbaar Ministerie tegen hem in stelling denkt te kunnen brengen. De ondervragers van het Bureau Financieel Economische Recherche willen keer op keer weten waarom Endstra megabedragen op Paarlbergs bankrekeningen heeft gestort, zonder dat daar in hun ogen duidelijke baten tegenover staan. Ook stelt justitie dat de Merwede Group, het vastgoedbedrijf van multimiljonair Paarlberg, aantoonbaar zaken heeft gedaan met aan Holleeder gelieerde bedrijven. En dat zijn onderneming banden had met lieden van dubieus allooi, zoals de in 2001 vermoorde gebroeders Driesen uit Breda en de vorig jaar geliquideerde onderwereld­advocaat Evert Hingst.

Gestuurd door de hanenpoten in het dagboek van Willem Endstra komt justitie met een hele waslijst van verdachte geldstromen. Rode draad is de veronderstelling dat er voor de transacties tussen Endstra en Paarlberg steeds vorderingen worden verzonnen.

Allereerst is er de jachthaven in IJmuiden: Seaport Marina (zie het kader op pagina 15), een gezamenlijk project uit de jaren negentig. De ontvlechting van deze samenwerking zou als dekmantel zijn gebruikt om de geldstromen de schijn van legaliteit te geven, een door Endstra en Paarlberg achteraf verzonnen excuus om grote bedragen te kunnen wegsluizen. Als Endstra uiteindelijk de financiële transacties bij de notaris rondmaakt, schrijft hij in zijn dagboek dat hij ‘gedwongen’ tekent. Onzin, volgens Paarlberg. Hij laat justitie in 2004 weten dat het onder andere om een lening ging, die Endstra moest terugbetalen.

Armlastige vastgoedman
Hoe dan ook, in de jaren 2002 en 2003 betaalde Endstra in tien overboekingen 17 miljoen euro, deels aan overzeese vennootschappen van Paarlberg en deels op diens anonieme nummerrekening in Zwitserland. Het lijkt erop dat dit het geld is voor de IJmuidense jachthaven. Maar er valt de rechercheurs iets op. De bedragen zouden ook kunnen zijn bedoeld voor een ander project: de ‘holle pijplijn’ (zie het kader op pagina 15), een telecombuis die Paarlberg voor miljoenen aan Endstra verkoopt. Wat de speurders frappeert, is dat het bedrag dat Endstra moet betalen voor het Buis-project tot op de euro overeenkomt met de eerste twee overboekingen die het zakenduo had afgesproken voor de jachthaven. Ze vermoeden dat de pijplijn net als de haven een gefingeerd betalingsexcuus is. ‘Moest in de opgestelde overeenkomst worden toegerekend naar de reeds door Endstra aan u betaalde gelden?’ vragen ze de immer zwijgende Paarlberg.

Ter ondersteuning van hun theorie leggen ze de verdachte een mailtje voor, afkomstig van twee zakenrelaties van Paarlberg die bij de deal zijn betrokken. ‘Er is gelukkig een alternatief gevonden voor de transactie met de pijplijn,’ schrijft de een aan de ander. Het Buis-project gaat uiteindelijk niet door en de verhoorders vragen retorisch of Endstra zijn miljoenen heeft teruggekregen. In zijn dagboek staat dat Endstra, gesommeerd door Willem Holleeder, alles moest vernietigen dat in zijn administratie verwees naar het Buis-project. ‘8 mei 18 uur Vincent gaat komputer wissen brieven van 15 januari 2003 inzake buisproject, moet van W.H. opdracht.’ Uit technisch onderzoek is gebleken dat op die dag inderdaad bestanden zijn gewist.

Hoewel begrijpelijk, is het jammer dat Paarlberg in 2006 zwijgt. Want in zijn eerdere verhoren gaven hij en zijn financieel adviseur aan dat het Buis-project inderdaad bedoeld was als een ‘fiscaal vriendelijke oplossing’ voor de vorderingen op Endstra, die liquiditeitsproblemen had. De armlastige vastgoedman Endstra zou de voor hem gunstige constructie met de telecombuis zelf hebben voorgesteld, maar de fiscalist van Paarlberg kon zich uiteindelijk niet vinden in de transactie. Daarom werd deze niet gebruikt.

Raadsels, raadsels
Het derde grote project waar justitie een verdachte rol voor Paarlberg ziet, is de verkoop van het World Fashion Centre (zie kader onder aan pagina 15). Endstra schrijft in zijn dagboek een aantal keren over de verkoop van dit prestigeobject. Op 22 juni 2003: ‘Marcel belde. W.H. is boos want hij wil geld van WFC. Staat in Frankfurt van Port Greve en ik moet overmaken naar een Tanner dat schijnt rekening te zijn van Paarlberg.’ Later schrijft hij: ‘Ontmoeting bij Shell Station IJmuiden. Om 9 uur komt W.H. Holle daar. Ik kreeg brief met vragen over dat geld maar ik had geen 10 mio euro overgemaakt maar slechts 2,8 miljoen euro naar Ballados.’

Wat blijkt? Na de verkoop van het modecomplex boekt Endstra inderdaad een bedrag van 2,8 miljoen over naar de Zwitserse coderekening van Paarlberg, de Tanner-rekening. Toeval? De rechercheurs denken van niet en pushen Paarlberg uitleg te geven.

Ten slotte houden ze hem een paar rekensommetjes uit het geheime dagboek voor. Het zijn staatjes met voor buitenstaanders onduidelijk onder elkaar gekrabbelde bedragen. De financiële recherche meent echter te weten waar het bedrag onder de streep, 49,5 miljoen gulden, op slaat. Het is volgens hen de totale ‘schuld’ van Endstra aan twee topfiguren uit de Nederlandse onderwereld: Willem Holleeder en John Mieremet. Uit de sommetjes van de vermoorde vastgoedman destilleert de politie verder dat op dat megabedrag een aantal bedragen in mindering is gebracht. En dat zijn nu juist betalingen aan Ballados, een van de buitenlandse rechtspersonen van Paarlberg: zijn vennootschap op de Britse Maagdeneilanden.

‘Raadsels, raadsels,’ zegt een rechercheur tegen Paarlberg. ‘En ook hiervoor geldt hetzelfde, wij kunnen het niet meer vragen aan meneer Endstra. Maar we kunnen het wel vragen aan anderen die betrokken zijn bij deze betalingen, schuldvermeldingen. En daarom aan u de vraag: deze betalingen die meneer Endstra meldt naar de Ballados-­rekening en naar de Tanner-rekening, heeft dat iets te maken met de schuld die meneer Endstra had aan meneer Holleeder?’

In het proces-verbaal duikt dan opnieuw een frequent herhaald zinnetje op: ‘Verdachte: Zwijgrecht.’

Spaarpotje
De dagboekaantekeningen en de daaruit voortvloeiende justitiële onderzoeken mogen Paarlberg verdacht maken, het is nog geen smoking gun. Nergens is duidelijk dat de miljonair inderdaad samenwerkt met Holleeder en in zijn eerste verhoren in 2004 geeft hij ook plausibele verklaringen voor de deals, namelijk dat Endstra daadwerkelijk schulden aan hem had. Daarnaast moet worden gezegd dat Willem Endstra in het verleden geenszins een betrouwbare bron is geweest als het gaat om zijn eigen finan­ciële handel en wandel.

Maar er is meer. Allereerst het verhoor van Paarlbergs financieel adviseur. Hij praat in de zomer van 2004 honderduit met de politie. Deze fiscalist is degene die voor zijn opdrachtgever de miljoenentransacties met Endstra in goede banen heeft geleid. Hij richtte aanvankelijk bijvoorbeeld speciaal voor het betwiste Buis-project een Panamese rechtspersoon op en regelde de ontvlechting van de jachthaven in IJmuiden.

De financieel expert vertelt dat Endstra hem in 2003 heeft laten weten dat hij werd afgeperst. ‘In oktober 2003 heb ik Wim geadviseerd aangifte te doen. Gooi al die zaken open, zei ik tegen hem. (...) Hij heeft niet concreet aangegeven welke personen dat waren.’ In de maanden daarna piekert de fiscalist zich suf over de betalingen die Endstra aan Paarlberg heeft gedaan. Waar konden die betrekking op hebben als het niet om een ontvlechting zou gaan? ‘Dan kom ik tot twee vermoedens. Ten eerste: Jan-Dirk helpt Wim [Endstra, red.] met het apart zetten van gelden voor Wim, zeg maar het vormen van een spaarpotje om voor zichzelf te kunnen houden. Ten tweede: de optie dat ook Jan-Dirk wordt afgeperst om een titel te bedenken om betalingen van Wim naar een derde te laten lopen.’

Ook bij de financieel adviseur gaat het dus broeien. Kort na de moord op Endstra spreekt hij met Paarlberg over zijn vermoedens. Die zei dat hij zelf niet werd afgeperst. ‘Paarlberg vertelde hierna dat hij aan de betalingen wel moest meewerken. Ik merkte dat hij mij niet volledig wilde informeren over de achtergronden van de belangen.’

Dubieus verhaal
Pijnlijk. En het blijft niet bij de zaken met Endstra. In de meest recente verhoren worden Paarlberg ook nog andere – vaak wel aan Endstra gelieerde – deals onder de neus geduwd. Wat moest zijn Merwede Group bijvoorbeeld met de gebroeders Driesen, de criminele vastgoedtweeling uit Breda, die in 2001 werd doodgeschoten? Paarlbergs onderneming wilde in Rotterdam een zaak met ze doen rond het Akragon-gebouw, waarin de broers een sportschool zou vestigen. De politie vraagt hem ook waarom er op een uit 1999 daterend bankafschrift van een van zijn bedrijven een vermelding staat: ‘aankoop auto’. Het gaat om 150.000 gulden die wordt geboekt naar de rekening van Eric Driesen, een van de broers.

Daarna dalen de ondervragers af naar het Middellandse-Zeegebied, waar de Merwede Group de discotheek SA Marina op Ibiza zou hebben gefinancierd. Rond die danstempel gaat van alles mis en er moet uiteindelijk een bedrag van 1,5 ton euro als ‘schadevergoeding’ worden betaald door een vennootschap van Paarlberg. Bij die transactie is volgens de rechercheurs onder meer ook de Amsterdamse advocaat Evert Hingst betrokken, de vorig jaar vermoorde strafpleiter die een zeer dubieuze rol speelde in het criminele circuit.

Ten slotte komen de financieel rechercheurs op de proppen met leningen, afkomstig van een op Paarlbergs adres gevestigde BV. Het geld werd verstrekt aan twee mannen met een zwaar strafblad (o.a. mishandeling, drugs en heling). Dan plotseling suggereren de ondervragers dat Paarlberg zelfs een Ferrari op zijn naam had staan van Etienne U., de voormalige zakenpartner van Klaas Bruinsma. Bewijsmateriaal hiervoor wordt niet aan de verdachte getoond, maar blijkbaar is het oude verhaal uit begin jaren negentig voor de politie dubieus genoeg. ‘Wij hebben op het laatste gedeelte wat namen even voor het voetlicht gebracht waarbij wij denken: hé, meneer Paarlberg, met déze personen?’ zeggen de ondervragers. ‘Dat was een beetje de intentie natuurlijk. Hoe kan het in godsnaam dat meneer Paarlberg een relatie, wat voor een relatie dan ook, schijnt te hebben met deze lieden?’

Niet verstandig, heel stom
Criminelen, drugsdealers, oplichters. Het is een circuit waarin de keurige kasteelheer volstrekt detoneert. Maar dat hij dit milieu niet helemaal schuwt, blijkt uit de momenten dat hij wel erg dicht in de buurt van Holleeder komt. Bijvoorbeeld als hij in 2002 een hypotheek van Endstra overneemt. Het gaat om een lening ter waarde van 4 miljoen euro aan Marcel K., volgens justitie de financiële man van Holleeder.

Paarlberg doet dat via een buitenlandse rechtspersoon, die hem anonimiteit moet garanderen. Toch duikt deze deal op in het justitiedossier tegen de vastgoedhandelaar. Het betreft panden op, wat Paarlberg in zijn verhoor in 2004 noemt, ‘de Oudezijds nog iets wal’ (De Oudezijds Voorburgwal, midden in de rosse buurt van Amsterdam). De vennootschap waar de panden in zitten, was voorheen van de broers Grifhorst. Rob Grifhorst, alias De Bouwvakker, was een goede bekende van de Heineken-ontvoerders. Toch vreemd, vindt de recherche, voor een man die bang is voor schade aan zijn imago. ‘Achteraf is het niet verstandig geweest,’ beaamt Paarlberg. ‘Het was heel stom.’ Hij voegt er wel aan toe dat het Endstra’s idee was. Die had geld nodig om zijn schulden aan Paarlberg te betalen: door de hypotheek over te nemen, hielp Paarlberg hem juist uit de brand. Inmiddels zit Marcel K. vast. Blijkbaar hebben de speurders zijn administratie nageplozen, want ze houden Paarlberg afschriften van bankrekeningen voor, waaruit blijkt dat een dochterbedrijf van Paarlberg in 2000 ruim honderdduizend euro heeft overgemaakt op de rekening Nieuwgraaf Holding, een vennootschap waar Marcel K. bij betrokken was. Net als Maike Dijkhuis, de vriendin van Holleeder die tevens verdachte is in de afpersingszaak. Ze was tot 2002 aandeelhoudster van Nieuwgraaf. De BV stond geregistreerd op het toenmalige adres van Holleeder.

‘Wat vindt u ervan dat u een factuur ontvangt op briefpapier met het adres van Willem Holleeder?’ houden de ondervragers Paarlberg voor. Het gaat om een bedrag van 264.375 gulden, ‘overeengekomen provisie ter zake het object PC Hooftstraat te Amsterdam (Hugo Boss)’.

Schimmigheid
Het lijkt erop dat Holleeder een grotere rol in zijn leven speelt dan Paarlberg tot nu toe heeft willen toegeven. Dat roept de vraag op: wie was nu die grote man die in 2003 de sfeer kwam verstoren in huize Paarlberg in Londen? Daarvoor moeten we terug naar de eerste verhoren. Twee jaar geleden zei zijn financieel adviseur dat Paarlberg hem had verteld over een bezoek van ‘de man met de grote neus’. Dat zette de fiscalist en later ook de rechercheurs op scherp: De Neus is de bijnaam van Willem Holleeder.

In zijn toenmalige verhoor ontkende Paarlberg echter dat het Heineken-ontvoerder Holleeder was. Toch spoorde het onverwachte bezoek hem aan om ‘de zaak’ af te ronden. ‘Ik had geen zin om nog meer van die bezoekjes te krijgen. Ik heb er ook met Endstra over gesproken. Dat dat niet nodig was om dit zo te doen. Hij heeft uiteindelijk toegegeven dat hij iemand had gestuurd.’

Het blijven curieuze opmerkingen van een steenrijke oud-bankier. Wie perst wie nu af? Of hij daadwerkelijk de kwade genius is geweest achter de vermeende miljoenenstroom van Paarlberg richting Holleeder is niet zonneklaar, ook niet uit de meest recente informatie. Toch doet de schimmigheid van al deze deals en de betrokkenheid van verdachte personen vermoeden dat Jan-Dirk Paarlberg een belangrijke rol heeft gespeeld in de gewraakte transacties, te goeder of te kwader trouw.

Aan de andere kant wordt uit de verhoren duidelijk dat de speurders van de financiële recherche er – nog – niet in geslaagd zijn hun vermoedens bevestigd te krijgen: is er geld van Paarlberg naar Endstra gegaan?

Jan-Dirk Paarlberg: vlechten en ontvlechten

Jan-Dirk Take Paarlberg (17-2-1957) is met zijn Merwede Group een van de grootste particuliere vastgoedbeleggers van Nederland. Zijn portefeuille is goed voor zo'n drie miljard euro. Zijn persoonlijk vermogen wordt geschat op 275 miljoen euro. Hij heeft luxueuze appartementen in Londen en New York (Yoko Ono is zijn buurvrouw) en buitenhuizen in Portugal en Saint Tropez, en op Curaçao. Paarlberg bezit een groot aantal panden in 'de PC Hooft', de glamourstraat van Amsterdam, en aan de Rotterdamse Lijnbaan. Exclusieve eetgelegen­heden als Groot Paardenburg in Ouderkerk aan de Amstel, Tante Koosje in Loenen en de Kloosterhoeve in Harmelen zijn ondergebracht in de dochtermaatschappijen van zijn Merwede Group. De horeca­portefeuille eiste te veel aandacht; nu heeft hij alleen nog de gebouwen in eigendom. Dat geldt echter niet voor de exploitatie van het chicste guesthouse van Amsterdam, Seven One Seven aan de Prinsengracht: acht smaakvol ingerichte kamers vol Engels antiek waar à raison van 660 euro kan worden overnacht.

De Amsterdammer Paarlberg is van eenvoudige komaf. Zijn grootvader en vader verkochten nog groenten en fruit en hij deed als veertien­jarige eerst in tweedehands stripboek­jes die hij uitleende. Maar op zijn zeventiende kocht hij al zijn eerste pandje. Met geld van zijn oma. 'Zij bezat ook wat onroerend goed en sprak daar vaak over. Vond ik prachtig,' vertelde hij aan het zakenblad Quote in juli 2005.

Van jongste bankbediende in New York werkte Paarlberg zich op tot banker in de Londense City en werd rijk. Als dertiger beschikte hij over een vermogen van twintig miljoen gulden en begon hij voor zichzelf. Voor het symbolische bedrag van één gulden kocht hij in 1990 het noodlijdende buitenreclamebedrijf Mediamax. Tien jaar later was dat in Nederland een van de grote spelers in deze branche en kon Paarlberg Mediamax voor honderden miljoenen euro's overdoen aan het Amerikaanse Viacom.

Paarlberg is een zakenman die het liefst in de coulissen opereert. In die positie deelde hij mee in lucratieve deals van Amsterdamse vastgoedhandelaren Klaas Hummel, Johnny Weismuller en de in 2004 vermoorde Willem Endstra. 'Jan-Dirk legde in en kwam weer langs als het verkocht was. Bij het incasseren ging het bij hem tot op de komma,' vertelde Hummel in Quote. Samen met dit trio richtte Paarlberg midden jaren negentig de vennootschap Bosch en Duin op voor hun huizen- en gebouwentransacties. Ook deed Paarlberg mee met andere ontwikkelingsprojecten van Endstra, waaronder de prestigieuze jachthaven Seaport Marina in IJmuiden.

Totdat een kennis uit het vastgoedwereldje Paarlberg midden jaren negentig waarschuwde voor Endstra's andere zakelijke partners ('snelle doorschuivers en andere onderwereldtypes'). Vanaf dat moment probeerde hij zijn zakelijke belangen met Endstra te ontvlechten.

Kantoor houdt hij in het kasteeltje Bolenstein aan de Vecht, van waaruit ook oud-minister Neelie Kroes haar managementfirma bestierde. Hij had haar zelfs als goede vriendin een hypotheek verstrekt voor de koop van twee gebouwen, lucratieve beleggingsobjecten. Totdat Paarlberg na de liquidatie van zijn vroegere zakenpartner Endstra in de zomer 2004 in opspraak raakte. Toen verdween Kroes van het ene op het andere moment uit Bolenstein. 'Ze was zomaar vertrokken, zonder wat te zeggen. Op zo'n moment leer je je vrienden kennen.'

Voor Paarlberg braken namelijk zware tijden aan. Zijn foto verscheen met een balkje voor zijn ogen op de voorpagina's. In de administratie van Endstra had de politie stukken gevonden waarover de recherche Paarlberg wilde horen. Hij werd zelfs als verdachte aangehouden. Na drie dagen mocht hij naar huis. In het interview in het zakenblad Quote in 2005 probeerde hij de verdachtmakingen van justitie te ontzenuwen. 'Ik was de eerste die met Endstra brak en dat vond hij niet leuk. Na nogal wat gedoe heeft hij me uit die Bosch en Duin-vennoot-schap gekocht en ook in de haven heeft hij mijn aandelen overgeno-men. Ik had een achtergestelde lening aan Seaport Marina van tien of twaalf miljoen gulden. Die nam hij over. Het heeft me zeker anderhalf miljoen gekost en ik heb zo'n zeven ton winst laten liggen.'

Over het verhoor van de verbali-santen zei hij: 'Ze vonden het vreemd dat mijn belang in een Antilliaantje zat. Dat hebben talloze Nederlandse multinationals ook. Maar bij particulieren wekt dat kennelijk argwaan. Ik betaal hier keurig vennootschapsbelasting, maar ben zelf geen Nederlands ingezetene. Ik val niet onder het Nederlandse belastingregime en heb daarom al mijn holdings op de Antillen zitten. Ik denk dat ze bij justitie mijn wereld niet begrijpen.'

Seaport Marina

Begin jaren negentig stapte Paarlberg samen met de IT-ondernemer Willem Smit en vastgoedhandelaar Willem Endstra in het project Seaport Marina, een jachthaven bij het strand van IJmuiden. Smit stapte al gauw uit en in 1997 wilde Paarlberg ook een eind maken aan de participatie met Endstra. 'Toen werden mij de verhalen duidelijk van mensen met wie hij zaken deed,' zegt hij op 15 juni 2004 tegen de recherche. Hij deed zijn aandeel over aan Endstra voor een symbolisch bedrag van één gulden; pas jaren later zou deze ervoor moeten betalen, zo was de afspraak. 'Er zou in de toekomst worden afgerekend,' legt Paarlberg uit. 'Willem Endstra kon op het moment van de overname van de aandelen Seaport Marina gewoon niet betalen. In de toekomst konden op het terrein (...) appartementen worden gebouwd. Voor deze appartementen, die nog gebouwd moesten worden, werd een bedrag afgesproken dat ik nog zou ontvangen.' Paarlberg wilde veertien miljoen euro voor een achtergestelde lening, voor zijn deel in de haven en voor toekomstige winst­rechten. Hij heeft naar eigen zeggen uiteindelijk zelfs veel te weinig gekregen, maar dat nam de zakenman op de koop toe. 'Ik wilde er gewoon vanaf.'

Vanaf 2002 betaalt Endstra voor de lening, de winstrechten en een aan de haven verwante vennootschap. Vreemd, menen de financieel rechercheurs, en ze vragen de zwijgende Paarlberg in 2006: 'Bent u nog steeds van mening dat u de gelden heeft ontvangen vanwege deze drie redenen?'

Holle buis, lege huls

In 2003 verkoopt Paarlberg, via het Panamese Bergheim Investments SA, voor € 4.537.802 een buis aan een vennootschap van Endstra. Het gaat om een zogenaamde HDPE-pijplijn (hogedichtheidpolyetheen) met een lengte van vijfentwintig kilometer die zou komen tussen Schiphol-Rijk en Zandvoort. HDPE-pijpen zijn dikwandige beschermingsbuizen, die nog geen glasvezelkabels bevatten, maar alvast zijn neergelegd met het oog op verwachte groei van datacommunicatie. Waarom richtte Paarlberg speciaal voor deze deal een rechtspersoon op in een exotisch oord? 'Om imagoschade te voorkomen,' liet de verdachte Paarlberg in de gesprekken in 2004 keer op keer weten; afhandeling via een goed afschermde constructie in Panama zou niet direct naar hem leiden. De deal met de pijplijn ging nooit door, hoewel er wel geld van Endstra werd overgemaakt naar een andere overzeese vennootschap van Paarlberg.

World Fashion Centre

In 2003 verkoopt Endstra samen met zijn toenmalige zakenpartner Klaas Hummel het World Fashion Centre aan de Amsterdamse ring voor 145 miljoen euro aan een buitenlandse investeerder. In 2001 was vastgoedtycoon Erik de Vlieger al uit de participatie gestapt. Bij diens vertrek had Willem Holleeder te kennen gegeven graag De Vliegers deel te willen overnemen. Daar stak aandeelhouder Hummel een stokje voor, tot grote woede van de topcrimineel.

In zijn dagboekaantekeningen schrijft Endstra dat hij bij verkoop in 2003 con­tinu wordt gecontroleerd door Marcel K., die het OM beschouwt als de financiële man van Holleeder. In opdracht van de Heineken-ontvoerder moet Endstra na de verkoop een bedrag van 2,8 miljoen euro overmaken naar een rekening van Jan-Dirk Paarlberg. Justitie vraagt deze om opheldering. 'Hoe verkaart u dat Holleeder geld wil hebben van het WFC en [dat Endstra] aan u [dat geld] overmaakt op een Zwitserse coderekening in dezelfde periode?'

'U hoort nog van ons'

We vroegen Jan-Dirk Paarlberg om commentaar. Hij doet er voorlopig het zwijgen toe, maar zijn advocaat Gabriël Meijers stuurde de volgende schriftelijke verklaring.

'Toen het onderzoek naar de transacties tussen mijn cliënt en Willem Endstra bijna twee jaar geleden begon, heeft cliënt tijdens een groot aantal uitgebreide verhoren volledig opening van zaken gegeven, voor zover hij zich een en ander herinnerde. Hij heeft zijn hele administratie voor zover relevant, ter beschikking van justitie gesteld en zelfs, om de zaken te bespoedigen, aangeboden dat op zijn kosten de administratie volledig doorgelicht zou worden door een team van forensische accountants.

Justitie is hierop niet ingegaan, de boodschap was: u hoort van ons. Bij die boodschap is het meer dan anderhalf jaar gebleven. Een duidelijke beschuldiging bleef uit. Naar ik van de rechter-commissaris heb begrepen, heeft de officier van justitie een jaar geleden wel een specifieke beschuldiging uitgebracht. Ik heb om een kopie daarvan gevraagd en kreeg een maand later te horen dat de officier van justitie de nadere beschuldiging (vordering gerechtelijk vooronderzoek) had ingetrokken. Ik heb twee keer via beroep op de rechtbank verzocht om een dossier. Beide keren heeft de officier van justitie de rechtbank ervan weten te overtuigen dat er geen dossier was of dat hij vanwege dringend onderzoeksbelang geen dossier aan de verdediging beschikbaar kon stellen.

Vanaf het begin (de aanhouding van ­cliënt) is geheime informatie uit het onderzoek bij de media terechtgekomen. Inmiddels is gebleken dat het hele onderzoeksdossier van mijn cliënt bij verschillende journalisten aanwezig of bekend is, terwijl wij er zelf niet over beschikken.

Onder deze omstandigheden wenst mijn cliënt niet eerder te verklaren dan nadat hij ook zelf over een dossier kan beschikken. Cliënt is, voordat er ook maar een rechter aan te pas gekomen is, door de hele gang van zaken nu al onherstelbaar geschaad in zijn bedrijf en reputatie.'